Abstract
Hoe een denker in te leiden die zelf zijn werk als een lange inleiding zag, een voorwerk bij
een oeuvre dat altijd nog geschreven moest worden? Men zou kunnen denken dat de vroege
dood van Michel Foucault, in 1984, hem verhinderd heeft een oeuvre tot stand te brengen en
te voltooien, en een definitief standpunt in te nemen ten aanzien van de filosofische kwesties
die hij ter sprake bracht. Maar het is waarschijnlijker dat Foucaults liefde voor het inleidende,
voorbereidende spreken nauw verbonden is met zijn opvatting over filosofie. In zijn werk
wordt een wig gedreven tussen waarheid en wijsbegeerte. Hij breekt met de zelfopvatting van
een lange traditie van westers denken, waarin de filosofie zichzelf beschouwt als hoedster van
de waarheid, een waarheid die zij zou moeten verwoorden in een laatste, alomvattend
spreken. Veeleer is het de taak van de filosofie te onderzoeken hoe het eigenlijk komt dat de
westerse cultuur – en de mens als ‘subject’ dat deze cultuur heeft voortgebracht – het zoeken
naar de waarheid zo centraal heeft gesteld in haar praktijken. Niet de waarheid zelf, maar het
verlangen naar waarheid moet de filosoof onderzoeken en kritisch ondervragen.
Original language | American English |
---|---|
Title of host publication | Breekbare vrijheid. Teksten & interviews |
Publisher | Boom |
Number of pages | 46 |
ISBN (Electronic) | 90 8506 016 8 |
ISBN (Print) | 90 8506 016 8 |
Publication status | Published - 1 Jan 2004 |