De ecologische crisis wordt steeds vaker begrepen als een crisis in levensbeschouwing, waarbij een transformatie van een antropocentrische naar een ecocentrische levensbeschouwing als fundamenteel wordt gezien. Binnen het ecohumanisme wordt spirituele transformatie beschouwd als een kernconcept in deze verschuiving, maar de precieze invulling vraagt meer onderzoek. In deze scriptie wordt onderzocht hoe de Hermetica, een filosofisch-spirituele tekst uit de oudheid, inspiratie kan bieden voor de spirituele transformatie binnen het ecohumanisme. Door middel van een hermeneutische analyse zijn de elementen wereldbeeld, mensbeeld, doel, moraal en leefregels van de levensbeschouwing in zowel de Hermetica als het ecohumanisme vergeleken om zicht te krijgen op hoe wordt gekeken naar de spirituele transformatie op deze niveaus. Hieruit blijkt dat de Hermetica verschillende inzichten kan bieden op het vlak van het non-duale wereldbeeld, de ontwikkeling van spirituele gevoeligheid en het belang van een spirituele praktijk gericht op bewustzijnsverruiming. Tegelijkertijd kan de spirituele transformatie in de Hermetica, door haar transcendente karakter, weerstand oproepen bij een groep binnen het (eco)humanisme die de voorkeur geeft aan een meer seculiere benadering. Toekomstig empirisch onderzoek kan verdere inzichten bieden in hoe spirituele transformatie binnen het ecohumanisme zich in de praktijk manifesteert en welke rol de Hermetica hierin kan spelen.