In deze studie is vanuit het zorgethisch perspectief met de interpretatieve fenomenologische onderzoeksmethode (§3.1-3.5) onderzoek gedaan naar de volgende onderzoeksvraag: ‘Wat is de geleefde ervaring van machteloosheid bij cliënten met een verslaving gedurende hun herstel en hoe kan deze ervaring bijdragen aan goede zorg?’
Uit de empirische resultaten zijn vier hoofdthema’s ofwel dimensies voortgekomen waarbinnen de respondenten machteloosheid ervaren (§4.2.). Dit zijn de dimensies relationele machteloosheid, lichamelijke machteloosheid, emotionele machteloosheid en existentiële machteloosheid. Concluderend kan worden gesteld dat de cliënten zowel gemeenschappelijke als individuele ervaringen van machteloosheid hebben. Dit is afhankelijk van de persoonlijke levensgeschiedenis. Om goede zorg te kunnen leveren is het cruciaal voor het zorgproces om persoonlijk af te stemmen gedurende het herstel van de cliënten. Dit betekent dat er sensitieve aandacht geschonken moet worden aan de persoonlijke leefwereld van de cliënt. Zo is er in de discussie een kritische vergelijking uitgevoerd tussen de empirische resultaten over de ervaring machteloosheid en de psychiatrische huidige opvattingen over herstel. Hieruit blijkt dat de herstelvisies eenzijdig zijn en de complexiteit van de mens vergeten wordt. Er worden daarom voorstellen voor verbreding van de herstelopvattingen gegeven, zoals het concept kwetsbaarheid dat niet los van genezing moet worden gezien en erkend. Eveneens dient men bewust te worden van en compassie schenken aan de verschillende lagen van kwetsbaarheid en mate van precariteit waarmee een cliënt gedurende zijn of haar herstel te maken krijgt. Ten slotte dient binnen de opvattingen van herstel het zinsgevingsaspect toegevoegd te worden. Niet alle ervaringen kunnen met psychologische handelingen verholpen worden.
Date of Award | 1 Jan 2017 |
---|
Original language | American English |
---|
Supervisor | M. A. Visse (Supervisor) & H. van der Meide (Supervisor) |
---|