Op 19 december 2022 bood minister-president Mark Rutte namens de regering excuses aan voor de rol van Nederland in het slavernijverleden. Daarbij benadrukte hij dat het herstel van het historisch onrecht van het slavernijverleden niet alleen in het verleden ligt, maar ook op de toekomst gericht moet zijn: “We delen niet alleen het verleden, maar ook de toekomst. Dus zetten we vandaag een komma, geen punt” (Minister-President Mark Rutte, 2022a). Vanuit de gemeenschap was zowel voor als na deze excuses veel kritiek te horen die liet zien dat er in het hersteldebat een discrepantie is tussen de manier waarop de overheid herstel van het slavernijverleden vormgeeft en wat de gemeenschap zelf als herstel ziet. Rutte spreekt hier over een gezamenlijk verleden en een gezamenlijke toekomst terwijl de gemeenschap juist de ongelijke sociale en maatschappelijke verhoudingen centraal wil stellen. Dit lijkt precies tegen de gezamenlijkheid in te gaan waar premier Rutte de nadruk op legt; kan de toekomst gezamenlijk zijn zolang deze scheve verhoudingen blijven bestaan? In de literatuur over herstel van het slavernijverleden wordt door verschillende auteurs benadrukt dat het belangrijk is dat zowel het proces als de uitkomsten van herstel de agency alsook de lokale belangen van de betreffende gemeenschap reflecteren. Op deze manier kan herstel zo vormgegeven worden dat het beter aansluit bij wat de gemeenschap zelf als herstel ervaart. In deze scriptie wordt aan de hand van het idee van aspirations of the good life, ontleend aan antropoloog Arjun Appadurai (2013), een theoretische lens neergezet waar vanuit naar het Nederlands hersteldebat gekeken wordt. Deze theoretisch lens maakt het mogelijk om naar toekomstgerichte visies van herstel volgens de Zwarte gemeenschap zelf te kijken. Daarmee kan de volgende onderzoeksvraag beantwoord worden: Wat vertellen aspirations of the good life over de betekenis van herstel van het slavernijverleden? Deze onderzoeksvraag wordt beantwoord door middel van een documentenanalyse van verschillende bronnen die als centraal kunnen worden gezien in het hersteldebat in Nederland; het rapport ‘Ketenen van het Verleden’ van het door de overheid ingestelde Adviescollege Dialooggroep Slavernijverleden; de speech met de excuses van premier Rutte en zijn Kamerbrief als antwoord op het rapport van het Adviescollege; en het Zwart Manifest, dat gericht is op het bestrijden van institutioneel racisme en dat door verschillende organisaties en individuen is ondertekend. Door deze documenten met elkaar te vergelijken en te analyseren wordt de discrepantie in het hersteldebat uitgediept en wordt het mogelijk aspirations of the good life rondom herstel volgens de Zwarte gemeenschap in kaart te brengen. Uit deze analyse wordt duidelijk dat de overheid herstel van het slavernijverleden voornamelijk in kennis en bewustwording van het verleden ziet, terwijl voor de Zwarte gemeenschap herstel alleen mogelijk is door Zwarte emancipatie. Deze discrepantie komt voort uit de manier waarop het onrecht van het slavernijverleden gezien wordt. De aspirations of the good life in het Zwart Manifest laten zien dat herstel van het slavernijverleden niet alleen gelegen is in bewustwording van het onrecht van dit verleden, maar ook in het bestrijden van de institutionele gevolgen daarvan. Gevolgen die precies deze discrepantie in het hersteldebat lijken te veroorzaken; het moet de gemeenschap zelf zijn, en niet de overheid, die bepaald hoe herstel er uit moet zien. De aspirations of the good life die uit de analyse naar voren komen, laten zien dat herstel van het slavernijverleden gaat over emancipatie van de Zwarte gemeenschap. Dit maakt het noodzakelijk dat de Zwarte gemeenschap zelf regie en zeggenschap krijgt over zowel het proces van het vormgeven van herstel als over de uitkomsten daarvan. Daartoe is het nodig het herstelproces te dekoloniseren. Alleen op die manier kunnen de ongelijke maatschappelijke verhoudingen als erfenis van het slavernijverleden hersteld worden.
- Nederlands slavernijverleden
- aspirations of the good life
- emancipatie
- dekolonisatie