Binnen de humanistiek wordt kunst gezien als iets wezenlijks; volgens Alma en Smaling verbreedt kunst de wereld van een individu en stimuleert zij reflectie op wat vanzelfsprekend lijkt. Deze uitspraak bevindt zich op een macroniveau en zegt weinig over de daadwerkelijke werkzame relatie tussen een individu en een kunstwerk. In dit onderzoek wordt duidelijk hoe de antropoloog Gell, de kunsthistoricus Freedberg en de neuroloog Zeki naar de transformatieve werking van kunst kijken op een micro- en mesoniveau. Gell beschrijft de relatie tussen mens en kunstwerk als een soort dialoog, Freedberg stelt dat mensen op afbeeldingen reageren alsof ze echt zijn en ze een volwaardige rol in het leven spelen, en Zeki begrijpt de ervaring van kunst als een zoektocht naar kennis. Uit dit onderzoek blijkt dat afbeeldingen onderdeel zijn van de werkelijkheid en dat een mens er in eerste instantie ook zo op reageert. Kunst maakt het onzichtbare zichtbaar en speelt daarom een belangrijke rol in de ontwikkeling van de mens als geheel.
Date of Award | 1 Jan 2020 |
---|
Original language | American English |
---|
Supervisor | M. van den Doel (Supervisor) & M. Schreurs (Supervisor) |
---|