De gerotranscendentietheorie van de Zweedse gerontoloog Lars Tornstam stelt dat ouder worden,
opgevat als existentieel proces dat onlosmakelijk met leven in de tijd verbonden is, gekenmerkt
wordt door de ontwikkeling van ‘gerotranscendentie’. Gerotranscendentie wordt omschreven als
een verandering in metaperspectief bij het ouder worden, van een materialistische en
pragmatische naar een meer kosmische en transcendente levens- en wereldvisie, die gewoonlijk
samengaat met een toename in welbevinden. De ontwikkeling richting gerotranscendentie doet
zich voor op drie dimensies: de kosmische dimensie, de dimensie van het zelf, en de dimensie van
sociale en persoonlijke relaties.
In deze scriptie wordt beargumenteerd dat de gerotranscendentietheorie geïnterpreteerd kan
worden als een theorie die de levensbeschouwelijke ontwikkeling bij het ouder worden centraal
stelt. Daarmee wordt een nieuw perspectief geïntroduceerd binnen de gerontologie, dat ook voor
de humanistiek relevant is.
Door middel van een literatuurstudie is onderzocht welke bijdrage de gerotranscendentietheorie
kan leveren aan het interpreteren en doordenken van levensbeschouwelijke
ontwikkelingsprocessen bij het ouder worden. Hierbij is de gerotranscendentietheorie ook in de
context geplaatst van een tweetal ‘algemene’, d.w.z. niet specifiek op ouderen gerichte,
levensbeschouwelijke ontwikkelingstheorieën, van Fowler en Oser & Gmünder. Daarnaast is
gekeken in hoeverre de gerotranscendentietheorie een bijdrage kan leveren aan het hermeneutisch
kader van (humanistisch) geestelijke verzorging.
Op basis van het verrichte literatuuronderzoek kunnen de volgende conclusies worden getrokken.
- Door de opvatting van transcendentie die Tornstam hanteert, die bewust losstaat van
traditionele levensbeschouwelijke kaders, biedt de gerotranscendentietheorie waardevolle
mogelijkheden om levensbeschouwelijke ontwikkeling bij het ouder worden en de rol van
transcendentie hierin op nieuwe manieren te doordenken. Hierbij kan potentieel ook beter
recht worden gedaan aan de levensbeschouwelijke situatie waarin het posttraditionele
ouder wordende individu zich bevindt.
- De gerotranscendentietheorie biedt ingangen om het idee van ‘ontwikkeling’ bij het ouder
worden opener en onbepaalder op te vatten dan in traditionele retrospectieve ‘stadia’-
theorieën van (levensbeschouwelijke) ontwikkeling het geval is. Daardoor biedt de theorie
mogelijkheden tot een gedifferentieerder inzicht in levensbeschouwelijke
ontwikkelingsprocessen bij het ouder worden, dat recht doet aan zowel persoonsgebonden
als sociale en maatschappelijke beïnvloedende factoren, alsmede aan de zich verdiepende
uniciteit die eigen is aan ouder worden. Deze verrijking van inzicht in
levensbeschouwelijke ontwikkeling bij het ouder worden maakt de theorie waardevol als
aanvulling op het hermeneutisch kader waarmee (humanistisch) geestelijk verzorgers in
de ouderenzorg de verhalen van hun cliënten interpreteren.
- Door de paradigmawisseling binnen de gerontologie die Tornstam beoogt biedt de
gerotranscendentietheorie mogelijkheden tot een nieuw normatief perspectief op (goed)
ouder worden te komen. Hiermee wordt een kritische houding ingenomen ten opzichte
van gangbare beeldvorming rond ouder worden, en een alternatief geboden dat potentieel
beter recht doet aan de eigen subjectieve ervaring van de ouder wordende mens. De
emancipatorische en maatschappijkritische inzet die de gerotranscendentietheorie in dit
opzicht heeft biedt voor (humanistisch) geestelijk verzorgers ook mogelijkheden om
vanuit de humaniserende inzet die eigen is aan hun werk aandacht te vragen voor
nieuwe/alternatieve interpretaties van het gedrag en de belevingswereld van ouderen.
Tornstam’s (maatschappij)kritiek biedt bovendien handvatten om na te denken over
alternatieve inrichtingen van de ouderenzorg.
Date of Award | 1 Jan 2009 |
---|
Original language | American English |
---|
Supervisor | H. A. Alma (Supervisor) & J. Baars (Supervisor) |
---|