In deze scriptie onderzoek ik ‘in hoeverre het differentiedenken van Deleuze bij kan dragen aan een contextualisering van de plichtsethiek van Kant’.
Deleuze bekritiseert het identiteitsdenken en laat zien hoe het verschil in de geschiedenis van de filosofie onderworpen werd aan de identiteit van het concept.
Deleuze tracht het verschil-op-zich te bevrijden van de identiteitsfilosofie en toont met het rizomatische denkmodel hoe de werkelijkheid begrepen dient te worden als verschil en pluraliteit i.p.v. identiteit; een werkelijkheid die voortdurend aan verandering onderhevig is en relationeel tot stand komt.
De filosofie van Kant is daarentegen naar mijn idee gestoeld op het idee van identiteit. De bepalingsgrond van het ethische handelen is in de kantiaanse plichtsethiek namelijk a priori gegeven; de morele wet die het redelijk wezen apodictisch gebiedt gaat uit van universeel principe dat altijd geldig dient te zijn. De veranderlijkheid en singulariteit van de context zijn voor Kant geen noodzakelijke voorwaarden in de bepaling van de morele wet: dit betekent dat de wet algemeen blijft en geen rekening houdt met de singuliere gebeurtenis.
Naar mijn idee dienen wij echter de veranderlijkheid van de context en de singulariteit van de gebeurtenis in consideratie te nemen. Deleuze zijn rizomatische idee toont ons hoe iedere gebeurtenis verschillend is en waarden van betekenis kunnen veranderen; zijn ethiek van het verschil leent zich hierdoor voor een contextualisering van de plichtsethiek van Kant. Echter is het differentiedenken in zijn absolute vorm niet verenigbaar met de kantiaanse morele wet aangezien de universele wet gefundeerd is op het idee van een identiteit. Wij dienen daarom een minimum aan identiteit te veronderstellen om een contextualisering van de plichtsethiek mogelijk te maken. Deze identiteit kan in mijn optiek worden gevonden in de intrinsieke waarde van het bestaan die wij dienen te affirmeren.
Date of Award | 1 Jan 2017 |
---|
Original language | American English |
---|
Supervisor | F. Suárez Müller (Supervisor) & L. ten dr. Kate (Supervisor) |
---|