Samenvatting
Door de coronacrisis is het debat in Nederland en Vlaanderen over de beroepsidentiteit van sociaal werkers weer opgelaaid. Een belangrijk geluid in het debat is dat de coronacrisis vraagt om een sterkere beroepsidentiteit, gegrondvest in de waarden die kenmerkend zijn voor de beroepsgroep. Een sterke beroepsidentiteit zou sociaal werkers helpen om morele beslissingen te nemen in diverse werksituaties. Echter, de coronacrisis ging gepaard met nieuwe vraagstukken, waarbij sociaal werkers niet zonder meer konden teruggrijpen op een sterke beroepsidentiteit als moreel referentiekader. Dit werpt de vraag op hoe we het morele handelen van sociaal werkers in de coronacrisis kunnen
begrijpen en wat dit betekent voor het debat over de beroepsidentiteit. We onderzoeken deze vraag theoretisch, aan de hand van het werk van Bernardo Zacka (2017) en Ami Harbin (2016). Vervolgens passen we dit toe op de ethische dilemma’s van sociaal werkers in de coronacrisis, zoals die door de International Federation of Social Work (IFSW, 2020) in kaart zijn gebracht. Allereerst
plaatsen we kanttekeningen bij de aanname dat een sterke beroepsidentiteit, in de vorm van een moreel referentiekader, bijdraagt aan beter moreel handelen. Vervolgens laten we zien dat het morele handelen van sociaal werkers wordt gevormd door hun vermogen om tegenstrijdigheden en onzekerheid te hanteren; een waardevol vermogen dat wij ‘handelen zonder houvast’ noemen. We concluderen dat het voor de doorontwikkeling van het sociaal werk, in en na de coronacrisis, belangrijk is om niet alleen te kijken naar de verschillende waarden die in het geding zijn, of naar de beslissingen die sociaal werkers nemen op basis van hun principes. Wij pleiten ervoor om breder te kijken naar de morele vermogens die inhoud geven aan de beroepsidentiteit van sociaal werkers.
begrijpen en wat dit betekent voor het debat over de beroepsidentiteit. We onderzoeken deze vraag theoretisch, aan de hand van het werk van Bernardo Zacka (2017) en Ami Harbin (2016). Vervolgens passen we dit toe op de ethische dilemma’s van sociaal werkers in de coronacrisis, zoals die door de International Federation of Social Work (IFSW, 2020) in kaart zijn gebracht. Allereerst
plaatsen we kanttekeningen bij de aanname dat een sterke beroepsidentiteit, in de vorm van een moreel referentiekader, bijdraagt aan beter moreel handelen. Vervolgens laten we zien dat het morele handelen van sociaal werkers wordt gevormd door hun vermogen om tegenstrijdigheden en onzekerheid te hanteren; een waardevol vermogen dat wij ‘handelen zonder houvast’ noemen. We concluderen dat het voor de doorontwikkeling van het sociaal werk, in en na de coronacrisis, belangrijk is om niet alleen te kijken naar de verschillende waarden die in het geding zijn, of naar de beslissingen die sociaal werkers nemen op basis van hun principes. Wij pleiten ervoor om breder te kijken naar de morele vermogens die inhoud geven aan de beroepsidentiteit van sociaal werkers.
Originele taal-2 | Dutch |
---|---|
Tijdschrift | Journal of Social Intervention : Theory and Practice |
Volume | 30 |
Nummer van het tijdschrift | 5 |
Status | Published - 9 nov. 2021 |