Sociale ondernemingen zijn de afgelopen jaren in Nederland sterk in opkomst en streven voor een deel dezelfde doelen na als sociaalwerkorganisaties. In de literatuur wordt er gesproken over zowel samenwerking als concurrentie tussen deze partijen. De hoofdvraag van dit onderzoek luidt: “Waarom en in hoeverre ervaren sociale ondernemingen en sociaalwerkorganisaties in Nederland elkaar als samenwerkingspartners en/of concurrenten en hoe verhouden deze samenwerking en concurrentie zich tot elkaar”? Deze vraag is beantwoord middels een exploratory mixed methods onderzoek met diepte-interviews (N = 12) en een online een enquête (N = 240). Vrijwel alle sociaal ondernemers en representanten van sociaalwerkorganisaties zien elkaar als samenwerkingsparnters omdat ze van mening zijn samen meer te bereiken. Tegelijkertijd bevindt het merendeel zich in een concurrentieverhouding, al wordt er vooral indirect gesproken over deze concurrentie. Deze sociale ondernemingen en sociaalwerkorganisaties kunnen het best gezien worden als concullega’s: samenwerking en concurrentie staan op gespannen voet met elkaar. Dit uit zich in een negatief effect op de tevredenheid over de samenwerking indien er concurrentie wordt ervaren. Deze bevindingen geven een theoretische invalshoek om te kijken naar de verhouding tussen sociale ondernemingen en sociaalwerkorganisaties. Betrokken partijen wordt geadviseerd om de (onvrede over) de ervaren concurrentie gevoelens nadrukkelijk te bespreken.
Datum prijs | 1 jan. 2018 |
---|
Originele taal | American English |
---|
Begeleider | M.J. Trappenburg (Supervisor) & E. M. Grootegoed (Supervisor) |
---|