In mijn afstudeeronderzoek ga ik op zoek naar een antwoord op de vraag in hoeverre het lezen en ervaren van literatuur, in het bijzonder romans, beschouwd kan worden als een bron van levenskunst. Ik ga hierbij uit van inzichten van de filosoof Wilhelm Schmid, die de zorg voor een vriendschappelijke relatie van het individu met zichzelf als essentie van de moderne levenskunst beschouwt. Aan de hand van twee andere filosofen, Martha Nussbaum en Iris Murdoch, ga ik in op de mogelijkheden die de literatuur te bieden heeft in de zoektocht naar het goede leven. Twee belangrijke mogelijkheden zijn het kunnen verwerven van zelfkennis en het verwerven van kennis van de wereld om ons heen. Literatuur kan ons dingen laten ervaren die raken aan onze eigen persoon en aan onze omgeving. Onze levenservaring wordt op deze manier uitgebreid met ervaringen die we putten uit de literatuur. Ervaringen die we kunnen gebruiken bij onze persoonlijke ontwikkeling, bij het waarnemen van de werkelijkheid om ons heen en bij het vormgeven aan een goed en zinvol leven. Literaire teksten kunnen daarbij de vorm aannemen van een spiegel en van een venster. Met behulp van deze metaforen formuleer ik een antwoord op de onderzoeksvraag en leg ik een verband met de levenskunst als de zorg voor de vriendschappelijke relatie van het individu met zichzelf.
Datum prijs | 1 jan. 2007 |
---|
Originele taal | American English |
---|
Begeleider | H. A. Alma (Supervisor) & J. Duyndam (Supervisor) |
---|