Samenvatting
Duizenden kinderen worden jaarlijks geboren terwijl een van hun ouders een Licht Verstandelijke Beperking (LVB) heeft. Discussies over mogelijke verplichte sterilisaties bij vrouwen met een LVB laaien periodiek op, terwijl alle vrouwen recht hebben op het stichten van een gezin. Hoe kinderen het opgroeien ervaren als hun moeder een LVB hebben, is echter nog weinig onderzocht. In dit zorgethische onderzoek wordt door middel van zowel theoretisch als empirisch onderzoek inzicht gegeven in juist deze ervaring van een normaalbegaafd volwassen kind en hoe dit inzicht kan geven in goede zorg. In het empirische onderzoek is gebruikt gemaakt van een narratieve onderzoeksmethode om de ervaring van een inmiddels volwassen kind weer te geven.Uit de aangehaalde literatuur uit met name maternale theorie wordt een beeld geschetst van goed-genoeg moederschap en een moeder-kind relatie. Hierbij ligt de focus op de strijd tegen een onhaalbaar ideaalbeeld van de perfecte moeder en het intensief moederen. Uit zowel de empirie als theorie komt naar voren dat hulp gewenst is. Deze hulp moet er zowel zijn voor een moeder met een LVB als ook voor haar kind, er is een roep om meerzijdige partijdigheid. Deze inzichten worden in verbinding gebracht met zorgethische inzichten voor een zorgethische visie op goed-genoeg moederschap. Hierbij is tevens aandacht voor de inrichting van de huidige samenleving.
Datum prijs | 19 jul. 2021 |
---|---|
Originele taal | Dutch |
Begeleider | A. A. M. (Inge) van Nistelrooij (Supervisor) & Gustaaf F. Bos (Supervisor) |